MENU
< TERUG

ACTUEEL

Overweging gevangenispastor Jacqueline van Heel

19 februari 2024

Jongstleden 11 februari was gevangenispastor Jacqueline van Heel van de Penitentiaire Inrichting Dordrecht gastvoorganger in onze kerklocaties te Hendrik-Ido-Ambacht en Papendrecht. Zij ging voor in een woord- en communieviering en vertelde daarin over haar werk en ervaring in het justitiepastoraat. Hieronder vindt u haar overweging naar aanleiding van het evangelie volgens Marcus 1, 40-45 (Jezus geneest een melaatse).

Melaatsen

Als ik dat woord hoor, dan moet ik onmiddellijk aan de Franse film Intouchables uit 2011 denken. Intouchables betekent onaanraakbaren. Misschien kent u de film. De film is een aanklacht tegen hoe de westerse wereld omgaat met vluchtelingen en immigranten, maar ook hoe gehandicapten betutteld worden.

De film draait om twee mannen die elkaar uitersten zijn. Philippe is miljonair en vanaf zijn nek tot zijn voeten verlamd. Hij heeft iemand nodig die voor hem zorgt. Driss is een donkere man uit een achterstandswijk die op het baantje als verzorger afkomt, omdat hij nou eenmaal moet solliciteren van de sociale dienst. Driss komt uit een zwak sociaal gezin en is crimineel, maar ook vrolijk en grappig. De twee raken met elkaar verbonden en leren veel van elkaar. Beiden mannen lijken onaanraakbaar, maar blijken dat niet te zijn door het contact dat ze met elkaar hebben. Ze raken elkaar…

De plek waar ik werk zit vol met mensen die onaanraakbaar lijken. Ze zijn niet onaanraakbaar, zoals de melaatse man in het evangelie van vandaag. Maar net als de melaatse voelen gedetineerden de pijn van het buitengesloten zijn. De melaatse man vraagt aan Jezus: Wilt U me helpen? Diezelfde vraag krijg ik regelmatig in de gevangenis te horen. Niet zo expliciet als in het evangelie, maar toch. Ze vragen mij om te luisteren naar hun verhaal en hun pijn. Ze hebben het dan niet over hoofdpijn of buikpijn of dergelijke. Nee, het zijn verschillende soorten pijn. Pijn om wat er gebeurd is, pijn om wat je een ander hebt aangedaan, pijn omdat je leven zo gelopen is en niet anders. Hun ziel doet zeer, ontzettend zeer….

Het maakt misschien ook wel uit dat ze onaanraakbaar lijken te zijn. En zoals Jezus met barmhartigheid wordt bewogen, zo raken hun verhalen mij ook vaak tot in het diepst van mijn ziel. Ze hebben vaak diepe innerlijke wonden om wat zij hebben gedaan. Zij verlangen vaak intens naar heling. Het vraagt wat van een mens om zelf de stap te zetten naar een ander mens om je verhaal te vertellen. Niet iedereen kan dat even goed. Hoe stuntelig soms ook, ik luister naar hun verhalen. Ik zoek naar wat er ligt onder wat ze mij vertellen.

Jezus liet zich in met het 'vuil' van mensen. Hij was niet bang om vieze handen te krijgen. In mijn situatie gaat het er niet om dat ik vies wordt door de misère en daden van een ander. Het gaat erom dat die ander innerlijk schoon wordt. Zo ontmoette ik een man in de gevangenis die zijn vrouw van het leven had beroofd, een gebeurtenis waar veel ellende aan vooraf was gegaan. Ik leerde hem kennen als een rustige en vriendelijke man. Na enige tijd vertelde hij me dat het een enorme last was die hij te dragen had. Hij voelde zich zo ontzettend schuldig. Wekenlang spraken wij met elkaar over zijn schuld en het verlangen om weer heel en rein te worden. Op een dag wilde hij een kaars branden en een tekst uitspreken. Ik lees u de tekst voor. Misschien kent u hem wel, het is een lied van Huub Oosterhuis:

Wat ik gewild heb / wat ik gedaan heb

Wat mij gedaan werd / wat ik misdaan heb

Wat ongezegd bleef / wat onverzoend bleef

Wat niet gekend werd / wat ongebruikt bleef

Al het beschamende / neem het van mij

En dat ik dit was / en geen ander

Dit overschot van / stof van de aarde:

Dit was mijn liefde / hier ben ik.

Het was bevrijdend voor hem deze woorden uit te spreken. Zijn verlangen was om een zuiver mens te zijn. Op deze manier wilde hij het vuil verwijderen dat hij in zijn leven opgelopen had. Hij verlangde naar schoonheid, naar nieuw leven door te laten zien wat er in je binnenste zit. De psalmist zegt ons (Psalm 32): 

Zalig in wiens hart niets heimelijks rust.

Tot ik in U mijn zonde bekend heb,

mijn kwaad niet langer verzweeg.

Bevrijding schept Gij rondom mij.

Ik krijg het nog steeds warm als ik aan die man denk. Hij had de moed om tegen God uit te spreken wat hem dwars zat. Hij was niet langer onaanraakbaar. Hij bleef niet op afstand. God stak zijn hand naar hem uit en hij werd bevrijd. Niet letterlijk, want hij moest zijn straf gewoon uitzitten. Nee, zijn ziel werd bevrijd. Zijn ziel was een proces van heling ingegaan.

Het is goed om je ervan bewust te zijn dat je fouten maakt, u, jij, ik, onze maatschappij, iedereen. Dat is misschien ook wel de reden waarom het zo goed is om in een kerk te komen. Aan het begin van elke viering zeggen in de schuldbelijdenis. Je zegt tegen God en elkaar dat je fouten maakt. Hoe eerlijk is dat? We blijven niet op afstand staan, maar wensen dat God ons aanraakt, niet meer en niet minder. Wie wil dat nou niet?

Jacqueline van Heel, gevangenispastor P.I. Dordrecht

11 mei Gebedsviering ter nagedachtenis aan overleden kinderen
26 april 2024
Elke dinsdagavond in mei: rozenkrans bidden in de Nicolaaskerk
25 april 2024
Tweede Pinksterdag in Citykerk Het Steiger in Rotterdam
25 april 2024
Gregoriaans zingen iets voor u en voor jou?
4 april 2024
Elke vrijdagavond christelijke meditatie
2 april 2024
Vertrouwenspersoon Ongewenste Omgangsvormen en Integriteit
1 april 2024
laad meer artikelen artikelen aan het laden geen nieuwe artikelen