MENU
< TERUG

ACTUEEL

Preek 2e zondag 40-dagentijd jaar B. Marc. 9, 2-10. Luistert naar Hem.

24 februari 2024

We horen het wonderlijke verhaal van de verheerlijking of transfiguratie op de berg. Drie van de meest nabije leerlingen van Jezus – Jacobus, Johannes en Petrus – zien Hem voor hun ogen van gedaante veranderen. Hij wordt witter dan wit “zoals geen bleker ter wereld maken kan”, aldus Marcus (v. 3). Mozes en Elia verschijnen links en rechts van Hem. En dan klinkt die Stem vanuit het niets, de Stem van God. Dit is de tweede keer dat deze Stem klinkt. De eerste keer was toen Jezus in de Jordaan door Johannes de Doper werd gedoopt. In beide gebeurtenissen zegt de Stem hetzelfde: “Dit is mijn Zoon, mijn Welbeminde” (Marc. 1, 11 en Marc. 9, 7). Echter, hier voegt de Stem er nog iets aan toe: “Luistert naar Hem”. En om dit luisteren is het te doen.

De Bijbel, Oude én Nieuwe Testament, legt sterk de nadruk op luisteren. De vraag die we onszelf mogen stellen is: Doe ik dat ook? Of ben ik vooral zelf aan het woord? Maak ik nog wel tijd en neem ik de rust om te luisteren naar de Heer? Jezus legt er zelf ook sterk te nadruk op. Als Hij met zijn leerlingen de berg afdaalt en zijn leerlingen Hem allerlei vragen stellen, verbiedt Jezus hun om erover te spreken. “Hij verbood hun aan iemand te vertellen wat ze gezien hadden” (v. 9). Het gaat nu vooral om luisteren. Het spreken komt later wel.

Dit geeft de grondhouding weer die we mogen aannemen in de Veertigdagentijd: wees stil voor de Heer en stel al je vragen even uit. Luister eerst goed naar wat Hij zegt. Dat is een hele uitdaging, ook voor mij. We praten veel en vaak, wanneer we onder elkaar zijn, wanneer je op social media bent (dat vooral gericht is op zenden) en wanneer je kijkt naar praatprogramma’s of talkshows (het woord zegt het al). Luisteren is de basishouding van een gelovig leven, en dan vooral luisteren naar wat Jezus ons zegt.

Dat er niet geluisterd wordt, maakt het verhaal duidelijk dat meteen volgt op het evangelie van vandaag: de genezing van de bezeten jongen (Marc. 9, 14-29). De overige leerlingen, die niet met Jezus op de berg zijn, proberen ondertussen een bezeten jongen te genezen in het dorp aan de voet van de berg. Het lukt ze niet. Het lukt de leerlingen niet omdat ze nooit goed naar Jezus hebben geluisterd. Zonder luisteren is er geen geloof. Nu praten de leerlingen op de jongen in, in de hoop zo de demon te verdrijven. Maar met al dat gepraat komen ze er niet. Hun geloof is te oppervlakkig. Opvallende figuur is de vader van de jongen. Hij snapt het als enige wél en vraagt daarom: kom mijn ongeloof te hulp! (v. 24).

Dat een luisterende houding geduld vraagt, laat het evangelie ook zien. Nog in hetzelfde hoofdstuk lezen we dat de leerlingen met elkaar in dispuut zijn over de vraag wie van hen de voornaamste is (Marc. 9, 33-41). Dan heb je dus niet geluisterd! En in het volgende hoofdstuk wordt verteld over de rijke jongeman die alles gedaan heeft wat de joodse Wet hem voorschrijft en zo denkt het eeuwig leven te ontvangen (Marc. 10, 17-31). Jezus antwoordt hem: verkoop alles wat je bezit en kom dan terug om Mij te volgen. Dat wil de rijke jongeman niet horen en druipt af. Weer iemand die niet hoort wat Jezus zegt.

En tussen al die verhalen door voorspelt Jezus tot driemaal toe zijn lijden, sterven en verrijzenis. En niemand die hoort wat Hij zegt. Jezus lijkt voor dovemansoren te spreken. Het is een voortdurend ‘spel’ van horen, maar niet luisteren. In hoeverre is dat ook op jouw en mijn geloof van toepassing? Dat is een vraag om deze tijd te overdenken. De Veertigdagentijd is daarom met name een periode van luisteren, naar het gebod van Gods Stem die we vandaag horen in het evangelie: Luistert naar Hem! Geregelde momenten van contemplatie zijn in deze periode wel op zijn plaats, en dat zeg ik ook tegen mijzelf! We zijn allemaal druk met ons werk, met wat ons privé bezig houdt, met sociale media en met alles wat er in de wereld en om ons heen gebeurt. Horen we tussendoor nog de Stem van de Heer? Wees eens wat meer stil om te luisteren wat Hij ons zeggen wil.

Wanneer mag ik dan spreken, vraag je je af? Wel, dat mag je en dat kun je in feite pas na Pinksteren. Als de Geest over de leerlingen neerdaalt zijn ze niet meer te stuiten. Ze spreken in alle talen en gaan erop uit om het evangelie te verkondigen. Dan mogen ze spreken zoveel ze willen. Eigenlijk moeten ze dan ook spreken, naar de opdracht die Jezus hen en ons bij zijn hemelvaart geeft: gaat uit over de schepping en verkondig het evangelie. Marcus eindigt zijn evangelie dan ook met de mededeling: “Zij trokken uit om overal te prediken en de Heer werkte met hen mee en schonk kracht aan hun woord door de tekenen die het vergezelden.” (Marc. 16, 20). Dat is de reden dat Jezus nu nog zijn leerlingen het zwijgen oplegt: hun Messiaanse plaatje is nog niet compleet. Dat merken de leerlingen in het dorpje met de bezeten jongen ook. Er zit nog geen kracht in hun woorden. Zodoende komt er niets uit je handen. Zo is het ook met ons: laat ons eerst aandachtig luisteren naar de Heer. Dan komt al het goede vanzelf. Door Christus, onze Heer. Amen.

Diaken Franck Baggen

Preek 6e zondag na Pasen. Joh. 15, 9-17. In het licht van 4 en 5 mei
5 mei 2024
Preek 5e zondag na Pasen. Joh. 15, 1-8. De wijnstok en de ranken
24 april 2024
Preek Pasen 2024. Joh. 20, 1-9. Schepping 2.0
27 maart 2024
Preek Palmzondag. Psalm 22. Een worm, geen mens meer.
20 maart 2024
Preek 5e zondag 40-dagentijd. Jer. 31, 31-34. In je hart gegrift.
17 maart 2024
Preek 4e zondag 40-dagentijd. Joh. 3, 14-21. Jezus en Nikodemus.
9 maart 2024
laad meer artikelen artikelen aan het laden geen nieuwe artikelen